De thuiszorg staat niet hoog op het verlanglijstje van studenten verpleegkunde, maar dat is onterecht. Als je een functieomschrijving zou maken van een HBO-verpleegkundige, beschrijf je precies mijn werk. Als wijkverpleegkundigen schrijven we protocollen, maar wijken daar ook vanaf. Dat is een groot verschil met het werk in het ziekenhuis, waar je volgens protocollen handelt en maar één stukje van de geneeskunde ziet: de longafdeling of de intensive care, bijvoorbeeld.
Ik heb me gespecialiseerd in palliatieve zorg. Kwaliteit van leven is belangrijk, maar de kwaliteit van sterven ook. Je kunt het maar één keer doen. Ik vind de dood niet zwaar. Daarom denk ik dat ik heel veel voor mensen kan betekenen. Als zorgverlener bouw je een hele intieme band met een cliënt op, waardoor je soms meer weet dan de partner zelf. Op die manier ben je, als dat nodig is, de stem van de patiënt wanneer hij of zij het zelf niet meer kan.
Natuurlijk heb ik wel even heavy momenten. Zo kwam ik bij een vrouw, waar de man samen met drie kids aan bed stond. Ze zou gaan overlijden aan borstkanker en wist dat pas twee maanden. Ik huil bijna nooit, maar toen ben ik toch wel even naar buiten gegaan om mijn tranen weg te slikken.
Ik wil dienstbaar zijn voor mensen en heel graag goede zorg bieden. Om het een beetje egoïstisch te zeggen denk ik dat ik het beter kan. Ik luister naar de wens van de cliënt. Hun mening is het allerbelangrijkste.