Ik ben gemaakt voor dit vak. Ik werk met ouderen in een verpleeghuis. Dat wordt gezien als de minst sexy kant van dit beroep, en toch heeft het mij altijd getrokken. Ik vind ouderen hele bijzondere mensen. Ze hebben humor, zijn vaak heel dankbaar en zijn blij met de aandacht die ze krijgen. Ook pakken ze vaak alles aan om beter te worden.
We werken heel intensief met onze patiënten. De mensen die wij zien, verblijven hier. Het doel is om hen weer naar huis te krijgen. Daarvoor zien we ze vier of vijf keer per week. We bouwen echt een band met hen op.
Er zitten hier bijvoorbeeld mensen die een amputatie hebben gehad. Zij moeten verwerken en accepteren dat ze een lichaamsdeel missen. Als het hen na een aantal weken of maanden lukt om zichzelf te redden met één been of een prothese, dan vind ik dat heel mooi. Maar ook als ik mensen die in een dip zitten aan het lachen kan krijgen, geniet ik daarvan. Los van het fysieke trainen, vind ik luisteren en een goede sfeer creëren belangrijk in mijn werk. Mensen moeten zich hier op hun gemak voelen en vertrouwen hebben in ons.