Werken met kinderen is anders dan met volwassenen. Ze kunnen heel heftig reageren; ineens heel ziek worden, bijvoorbeeld. Tegelijkertijd zijn ze heel puur en eerlijk. Als een kind misselijk is, spuugt het. Als het zich later weer beter voelt, doet het een skelterrace op de gang. Ze leven echt in het moment en dat vind ik heel mooi.
Soms is het moeilijk om het vertrouwen te winnen van de kinderen die bij ons komen. Ze hebben kanker en daarom vaak nare ervaringen met mensen in witte jassen. “Die doen vervelende dingen”, zeggen ze dan. Op het moment dat het lukt om wel een band met ze op te bouwen, gaat het werk een stuk gemakkelijker. Dan kan je even een geintje maken, bijvoorbeeld. Gelukkig maar, want humor is heel belangrijk.
Helaas overlijden er ook kinderen op onze afdeling. Dat is echt heel moeilijk. Als ik veel met het kind opgetrokken heb, stuur ik altijd een kaart. Dan kan ik het toch nog een beetje afsluiten. Toch ben ik heel blij met mijn werk. Alhoewel de kinderen hier heel ziek zijn, zijn er ongelofelijk veel mooie momenten. Als we bijvoorbeeld een watergevecht houden op de gang en er barst een kind in lachen uit, dan is mijn hele dag goed.