Ik ben nog nooit met tegenzin naar het werk gegaan, terwijl ik het al 35 jaar doe. Het vak ouderenzorg, waarin ik al die tijd heb gewerkt, is inmiddels wel erg veranderd. Zo besteden we tegenwoordig meer aandacht het welzijn van bewoners. Dat spreekt me heel erg aan, want alhoewel de basiszorg natuurlijk op orde moet zijn, maakt een glimlach van een oudere me uiteindelijk het meest gelukkig.
Het karakter van ieder mens is uniek en wordt gevormd door alles wat je meemaakt. De ouderen met wie ik werk, hebben al een heel levenspad achter de rug. Sommigen zijn heel bozig, of nukkig. En anderen zijn juist heel vrolijk en opgewekt. Ik ben altijd benieuwd waarom iemand op een bepaalde manier reageert. Het is belangrijk om je in de cliënten te verdiepen, want zo kan je ze op een respectvolle manier behandelen.
Eén van onze bewoonsters heeft bijvoorbeeld een chique achtergrond. Ze is gewend om haar koekjes te presenteren in een mooi schaaltje en drinkt thee het liefst uit een kopje met schoteltje. Daarin willen ik en mijn collega’s haar graag tegemoet komen. Het zijn kleine dingetjes, maar daar is ze je op zo’n moment heel erg dankbaar voor. “Dankuwel”, zegt ze dan zachtjes.