Ik word ingeschakeld voor de technische kanten van het werk in de thuiszorg. Ik zorg bijvoorbeeld voor een infuus of sluit een morfinepomp aan.
Mijn werk is een aanvulling op de reguliere thuisverpleging. Maar de lijntjes zijn kort. Als ik zie dat het niet goed gaat met een patiënt, dan schakel ik natuurlijk een thuisverpleegkundige in. Op dezelfde manier heb ik contact met fysiotherapeuten, diëtisten en andere zorgverleners. Het is belangrijk dat we samen de goede zorg kunnen bieden.
Een tijdje geleden was ik bij iemand die een katheter en een morfinepomp nodig had. Als je dat hoort, dan weet je dat iemand heel ziek is. Hij wist niet wat hij moest doen van de pijn. Twee dagen nadat ik alles had aangesloten, kwam ik terug bij de patiënt. Hij was artikelen aan het lezen op de tablet. Door de pomp had hij toch weer een beetje kwaliteit van leven. Een week later overleed hij, maar in die week heb ik echt iets voor hem en zijn familie kunnen betekenen. Dat ik iemand goed kan begeleiden tijdens die laatste levensfase, vind ik een van de mooiste dingen aan mijn werk.