Voordat ik hier kwam werken werkte ik als wijkverpleegkundige. In die tijd werkten we van 0 tot 100: met zieke mensen thuis, maar ook in een consultatiebureau. Na een tijdje moest ik kiezen, omdat die gebieden uit elkaar werden gehaald. Toen heb ik gekozen voor de jeugdgezondheidszorg. Ook omdat dat voor mij privé handig was: ik had kleine kinderen en nu hoefde ik geen avond- en weekenddiensten te doen en werkte ik gewoon overdag.
Het werk is veel meer geworden dan het wegen en meten van kinderen. We stemmen af wat ouders van ons willen, welke begeleiding zij nodig hebben. De term consultatiebureau dekt de lading niet meer. We ondersteunen ouders nu vooral. Daarom heb ik het liever over spreekuur.
Als jeugdverpleegkundige zie ik heel veel kinderen met wie het gewoon goed gaat. Maar als ouders dan later ergens tegenaan lopen, dan weten ze me ook te vinden als opvoedcoach. Ik zie kinderen opgroeien in het dorp en de ouders en ik kennen elkaar. Dat contact is daardoor laagdrempeliger dan als ze een instituut moeten bellen waar ze niemand kennen. De combinatie van die twee banen heeft echt meerwaarde.