Laatst begeleidde ik een meisje van 11 jaar dat thuis heel veel problemen veroorzaakte. Ze vocht bijvoorbeeld met andere kinderen en gooide met spullen. Haar vader en moeder hadden weinig vertrouwen in de dag- en nachtbehandelgroep waarin ze geplaatst werd, maar wisten niet wat ze anders moesten doen. Hun gebrek aan vertrouwen in ons maakte de situatie ingewikkeld, want daardoor stond het kind ook niet voor ons open.
Haar gedrag op de groep maakte uiteindelijk zelfs de andere kinderen bang en dat willen we natuurlijk niet. Als gedragswetenschapper probeer ik de pedagogisch medewerkers op zo’n moment bij te staan met advies. Daarnaast deed ik onderzoek naar het gedrag van het meisje. Helaas blijkt er toch meer therapie nodig te zijn om haar te kunnen helpen. Daarom zijn we nu op zoek naar een andere groep, waar meer tijd is voor een-op-een begeleiding.
Als gedragswetenschapper ben je de verdiepende factor in de behandeling van een kind. Ik vind het heel interessant om te bekijken waar bepaald gedrag vandaan komt en hoe we bepaalde gedragingen verminderen of versterken. Het geeft mij energie als de behandeling goed aansluit bij het kind of het gezin. Na mijn opleiding wil ik daarom graag in de jeugdzorg
of het onderwijs blijven werken.